

| |
Hier staan maandelijkse gebeurtenissen uit 2005 |
 |
Woensdag 28 december 2005
Mijn konijnen hebben een goeie kerst gehad. Ze zijn niet zoals veel van hun soortgenoten in de pan beland. Ik gaf ze een heerlijk kerstdiner: een knapperig broodje vooraf, een dikke wortel als hoofdgerecht en een stukje appel toe.
Van de zomer waren de konijnen nog klein en met z'n vieren. Voor het gemak noemde ik ze K4 (zie juli 2005). Maar in middels is het K2 geworden. Terwijl ik hoopte dat alle vier de konijnen vrouwtjes waren, ontpopte het ene na het andere konijn zich als mannetje. K4 bleek uit 1 vrouwtje te bestaan, dat was Zwartoor (vooraan op de foto) en 3 mannetjes. De mannetjes sprongen maar al te graag bij Zwartoor achterop. Drie van die macho's waren teveel van het goede. Dat zou ruzie worden. Gelukkig kon ik er twee onderbrengen bij vrienden die op een boerderij wonen. Alleen mannetje Pluisoor mocht hier blijven. Sindsdien leeft het jonge stel gescheiden van tafel en (vooral) bed. Het is niet goed voor een vrouwtje heel jong kleintjes te krijgen. Bovendien kunnen de jonkies beter niet in de winter geboren worden: veel te koud. K2 mag elkaar dus wel zien en ruiken en soms geven ze elkaar een kusje door het gaas, maar daar blijft het bij. Behalve dan die keer toen Zwartoor een geheime gang had gegraven die precies naar het hok van Pluisoor liep. Toen zat het tweetal op een ochtend gezellig naast elkaar. Maar voor zover ik weet hebben ze geen ondeugende spelletjes gedaan. Die mogen ze pas in het voorjaar doen. Op de foto is het net of Pluisoor staat te bidden of het niet wat eerder mag.
|
De foto van deze maand heb ik zelf gemaakt
 |
Dinsdag 29 november 2005
In m'n kippen- en konijnenren wonen ook enkele muizenfamilies. Altijd zie ik daar wel een paar muizen rondtrippelen. Ze eten gezellig mee van het voer en gebruiken hooi voor hun nestjes.
Maar af en toe gebeuren er dodelijke ongelukken. Vooral jonge muizen met weinig ervaring zijn de pineut. Vorige week vond ik een muisje tussen het gaas. Hij hing aan zijn staart met zijn koppie omlaag. Wat er was gebeurd, kon hij niet navertellen. Maar het zag ernaar
uit dat hij klem was komen zitten. Hij dacht zeker, daar wrik ik me wel even tussenuit, maar dat viel vies tegen. Ook gisteren was het weer droevenis. Er dreven twee muisjes in de drinkbak van de kippen. Die muisjes wilden natuurlijk wat drinken maar wisten niet dat ze weer terug op de hoge rand moesten krabbelen. Ik ben bang dat ze van uitputting zijn verdronken. Toch jammer dat die kraaloogjes niet wat langer van hun muizenleventje konden genieten.
|
De foto van deze maand is gemaakt door
professor Aap
 |
Donderdag 27 oktober 2005
Oktober was de maand van de kinderboekenweek. Heel wat kinderen zag ik voorbij trekken. 'k Ben
op een Islamitische basisschool geweest. Dat was voor het eerst. Het bleek dat de meeste leerkrachten niet Islamitisch waren, maar alle kinderen wel. De meisjes droegen de mooiste hoofddoekjes. In groep 1 konden sommige kinderen nog niet zo goed de Nederlandse taal verstaan. Maar met een beetje kunst en vliegwerk begrepen ze me prima. Zoals hiernaast op de foto toen ik een lied over een vlieg zong, bzzz, bzzzz, en met een vliegenmepper op ze afkwam. Nou, dat snapten ze meteen. De hogere groepen gingen 's middags in een grote zaal bidden. Dat gebeurde iedere dag zo. De kinderen pakten matjes en legden die op de grond. Eén matje werd helemaal vooraan gelegd. Daar ging een jongen op staan die het gebed mocht leiden. Alles verliep in het Arabisch dus voor mij was het jammergenoeg niet te begrijpen. Onderwijl bogen de kinderen steeds voorover. Half voorover of helemaal naar de grond. Ik heb niet geteld, maar dat deden de kinderen minstens twintig keer. Zo bogen ze voor Allah, hun God. Zo'n gebed is dus meteen een goeie gymnastiekoefening. Aan het eind schudde iedereen zijn of haar buurman/-vrouw vrolijk de hand. Ik denk dat ze elkaar gelukwensten of zo. Het was mooi om te zien. Ik vroeg aan een leerkracht waarom alle jongens vooraan stonden en alle meisjes achteraan. 'Als het andersom was, zouden de jongens steeds naar het achterwerk van de meisjes kijken als die voorover buigen', zei hij. 'Dat is niet netjes. Daarom staan de jongens bij het bidden vooraan.' Na het gebed kon ik in de klassen weer verdergaan. Van het gebed stapten we over naar het gebit uit m'n boek 'Lekker bekkie!'.
|
De foto van deze maand is gemaakt door een leerkracht van de school
 |
Zaterdag 24 september 2005
's Zaterdags doe ik altijd boodschappen in een vrolijke en drukke
Turkse groentewinkel. Wat hebben ze daar toch lekkere dingen: allerlei verse kruiden, olijven, feta, courgettes, kolossale meloenen en pompoenen en nog veel meer. Sinds kort wordt er ook vlees verkocht: grote hompen schapenvlees die nauwelijks in een pan passen. Vandaag zag ik aan één van die hompen een dikke, ronde kwab hangen. Wat een vreemd ding, zoiets had ik nog nooit bij een slager gezien. 'Wat is dat?' vroeg ik aan de Turkse mevrouw achter de toonbank. Ze keek me verbaasd aan en begon een beetje zenuwachtig te giechelen. 'Eh, eh', mompelde ze, 'eh dat zijn eh...' en toen kwam het grote woord eruit: 'de ballen!' D e vrouw vertelde dat ze die ballen expres aan het vlees liet hangen. 'Zo kunnen de mensen zien dat het vlees van een jong schaap is, mals vlees dus. Een oud schaap heeft grote ballen en taai vlees.' 'Kan ik die ballen kopen?' vroeg ik, want het leek me interessant om ze thuis te laten zien en van dichtbij te bekijken. De vrouw keek of ze het in Turkije hoorde donderen. Toen riep ze iets in het Turks naar de baas die aan de andere kant van de winkel stond. Ook hij keek verrast en riep hard lachend in mijn richting, dwars door de zaak zodat iedereen het hoorde: 'mevrouw u mag die ballen gratis hebben. Neem maar mee. Lekkere ballen. Ga maar bakken. Met uien en knoflook. Smaakt goed, heeeeeel goed!' En even later stond ik thuis met een paar mooie ballen zoals je op de foto kunt zien.
|
De foto van deze maand is gemaakt door
professor Aap
 |
Zaterdag 27 augustus 2005
Vroeger zat ik in de redactie van het tijdschrift
Natuur aan de basis (1990-1998). De redactieleden van toen hebben nog steeds contact met elkaar. Jaarlijks gaan we een dagje uit. Dit jaar kwamen we bijeen in Groesbeek. Groesbeek is in Nederland het zuidelijkste punt waar in de
voorlaatste ijstijd (ongeveer 130.000 jaar geleden) nog landijs lag. Die ijstijd + de laatste ijstijd (70.000-10.000 jaar geleden) hebben
De redactieleden van Natuur aan de basis (tot 1998): (van links naar rechts) Hans de Jong, Kees Bleijerveld, Willeke ten Noever Bakker, Gert van der Slikke, Maarten de Jongh, ikzelf en Hennie van Diemen (foto Vera de Jong).
duidelijke sporen in het landschap achtergelaten. Tijdens een wandeling rond Groesbeek vertelde Hans de Jong (links voor op de foto) over die ijstijden en wees ons aan wat daarvan nu nog in het landschap te zien is.
Het leek mijn eigen mooie Limburg wel: met heuvels en dalen en gebieden met löss! Onderweg zagen we een wespspin (zie foto hiernaast), een nest vuurwantsen (zwart met rood insect), vliegenzwammen (rood met witte stippen), de kleine stinkzwam (net een piemeltje) en een kudde bijzondere schapen.
Ook raapten we allerlei stenen van de grond. Hans de Jong weet alles van stenen. Hoe oud ze zijn, waar ze oorspronkelijk gevormd werden, hoe ze in Groesbeek zijn terecht-gekomen en nog veel meer. Een paar stenen nam ik mee naar huis zoals een mooi vaalrose stukje bontzandsteen: ontstaan in het Trias (225 miljoen jaar geleden) en vanuit de Eifel met de Rijn meegekomen en in de omgeving van Groesbeek beland. Dat stenen zo oud zijn, daar sta je vaak niet bij stil.
|
 |
Zondag 14 augustus 2005
Vorige week plukte ik de eerste rijpe pruimen uit de pruimenboom. Ik had ze in een schaaltje op de ontbijttafel gezet. Een van mijn drie neefjes die hier logeerden, wilde er meteen een proeven. 'Ha lekker een pruim!' Hij pakte de mooiste maar zag een bruin plekje. 'Zit daar geen worm in?' vroeg hij ongerust. 'Ben je gek,' zei ik, 'je denkt toch niet dat achter elk bruin plekje een worm zit?' Voorzichtig zette hij zijn tanden in de pruim, hij vertrouwde het niet. Opeens hoor ik... 'ik zie iets bewegen... getver, een worm!' en mijn neefje staarde naar de afgehapte pruim. 'Stel je niet aan met je worm, bromde ik, 'laat zien dan'. Eerlijk gezegd keek ik maar half en was ervan overtuigd dat het aanstelleritus was.
Ik zag dus niks. Maar mijn neefje hoefde de pruim niet meer. 'Nou, dan eet ik hem zelf wel op', zei ik.
Achteloos keek ik nog even naar de pruim... hé wat kronkelde daar? Verrek, mijn neefje had nog gelijk ook! In de pruim kroop een rozig wormpje met een bruine kop. Best interessant, maar ik heb m'n neefje wél beloofd om in het vervolg beter naar hem te luisteren.
Rups van de pruimenmot (ca. 12 mm).
De bruine korreltjes zijn z'n poepies.
(foto prof. aap)
|
De foto's van de schapen en de wespspin heb ik gemaakt
 |
Vrijdag 15 juli
Kijk eens naar mijn nieuwe aanwinst: vier konijntjes van acht weken oud!
Ze heten (van links naar rechts) Grijsoor, Pluisoor, Bruinoor en Zwartoor. Maar voor het gemak noem ik ze K4. Mijn vorige konijnen, Olle en Bolle, zijn inmiddels al een tijdje naar de konijnenhemel dus het werd tijd voor een paar nieuwe exemplaren. Niet twee stuks, want als er dan een doodgaat, is die ander zo alleen. Met vier konijnen gebeurt dat niet snel (tenzij er drie tegelijk doodgaan natuurlijk!). K4 komt uit één nest. Hun moeder was zwart, lang en dun. Ze zag er een beetje uitgemergeld uit. Vader konijn was een grote, dikke lotharinger. Lotharingers hebben zwarte oren en snuit en zijn verder wit met hier en daar een zwart vlekje. Hij leek heel gezond en allesbehalve uitgemergeld. Wat heeft zo'n mannetje het toch makkelijk. Hoeft alleen maar wat zaadjes te leveren en klaar is Kees. Voor het vrouwtje begint dan een zware tijd. Ik denk (en hoop) dat K4 allemaal meisjes zijn. Ik heb geen piemeltje kunnen ontdekken. De tijd zal het uitwijzen want het is nogal moeilijk te zien bij die ukkies. De komende weken hou ik ze in een hok met kleine ren, vlak bij het huis. Kan ik ze goed in de gaten houden en ze aan van alles laten wennen. Eerst keken ze raar op van paardebloemblaadjes en stukjes wortel, maar nu zijn ze er dol op. Als ze wat groter zijn, kunnen ze naar het grote weiland bij de geiten en de kippen. Aan belangstelling heeft K4 geen gebrek. Mimi, de kater van de buren, kwam gebiologeerd aansluipen. Zag lekkere konijnenboutjes rondhuppelen. Met hun oren plat drukte K4 zich tegen de grond en bleef verstard zitten. De konijntjes voelden meteen aan: die is niet te vertrouwen. Ook kwam er een eekhoorn langs. Zomaar voor het eerst een eekhoorn in de tuin! Een paar keer liep hij heen en weer en keek nieuwsgierig de ren in. Wat zijn dat voor vreemde eekhoorns, moet hij gedacht hebben, waar is hun staart? K4 keek verbaasd terug. Die dachten natuurlijk op hun beurt: wat een gek beest met die dikke pluimstaart. Eén ding zagen ze meteen: voor hem hoeven we niet bang te zijn. Hoe klein ze ook zijn, dat zit er blijkbaar kant-en-klaar ingebakken.
|
 |
Woensdag 6 juli
Het zomernummer van het tijdschrift
Het Limburgs Landschap is zojuist verschenen en bij de mensen in de brievenbus gevallen. Zoals je weet zit ik in de redactie van dit natuurblad. Het is een tijdschrift voor volwassenen maar binnenin zit een doe-boekje voor kinderen.
Ik heb dit keer over 'dode dieren' geschreven. Klinkt niet vrolijk maar is wél interessant! Dode dieren zijn voor veel andere dieren
een lekker restaurant. Je kunt het boekje
hier inkijken en printen.
tekeningen van Wil Kroon

|
De foto van K4 is gemaakt door
professor Aap
 | Vrijdag 20 mei 2005
Twee vrijende langpootmuggen op het raam. Ze zaten een half uur gezellig aan elkaar vast. Welke langpoot het mannetje was en welke het vrouwtje, weet ik niet. Meestal is het mannetje kleiner, maar dat was bij dit stel niet goed te zien. Toen ik dichterbij kwam, vlogen ze zwabberend weg, nog steeds aan elkaar vastgeklonken. Na zo'n vrijpartij, als ze weer los zijn, legt het vrouwtje eitjes in de grond. Daar komen larven uit, een soort grijsbruine rupsen. Emelten heten die. Veel mensen denken dat langpootmuggen reuzenmuggen zijn die steken. Maar dat is niet zo. Steken kunnen ze niet. Langpootmuggen zijn onschuldige beestjes. Je snapt niet hoe ze van die vraatzuchtige jonkies kunnen voortbrengen. Emelten zijn vooral gek op plantenwortels, van gras bijvoorbeeld. Als ze met een heleboel zijn, vreten ze bruine plekken in je gazon. Maar veel vrijende langpootmuggen heb ik niet gezien, dus mijn gazonnetje zal wel mooi blijven.
|
 |
Zaterdag 14 mei 2005
Het was beestenweer met veel regen.
Maar plotseling ging door de regenbuien heen de zon schijnen. Zon en regen tegelijk... er kwam een prachtige
regenboog
aan de hemel. Het leek wel tovenarij! Je ziet dan opeens de kleuren waaruit het 'witte' zonlicht bestaat. Het zijn zeven kleuren. En altijd staan ze in dezelfde volgorde: eerst rood, dan oranje, dan geel, groen, blauw, indigo (= donker-blauw) en violet. Na een minuut of vijf werden de kleuren steeds zwakker, tot er niets meer van die enorme boog te zien was. Pasgeleden maakte ik voor Het Limburgs Landschap een natuurboekje over de zon en bedacht voor de kinderen een zin waarmee ze de volgorde van die zeven regen-boogkleuren makkelijker konden onthouden:
Rare Olifanten Gaan
Graag Bleke
Indianen Verven.
Zoals je ziet geven de beginletters de volgorde van de kleuren aan. Ik vroeg de lezers om zelf ook zo'n zin te bedenken. Dat was soms lachen.
Zoals de zin van Aimée Dabekaussen (7 jaar):
Ruige
Oma's Gaan
Graag Buiten
Insecten Vangen.
Die van Dana Pfennings (10 jaar) was ook een goeie:
Rollator
Oma's Gaan
Graag Buiten
Iedereen Versieren.
Zouden ze zelf zo'n oma hebben?
|
 |
Dinsdag 10 mei 2005 Sinds vorig jaar hangt
in de krentenboom bij het keukenraam een mooi getimmerd
nestkastje. Steeds werd het kastje geïnspecteerd door koolmeesjes en pimpelmeesjes. Ze doken geregeld door het gaatje naar binnen, maar vlogen er net zo hard weer uit. Geen nestje, geen eitjes. Maar dit jaar is het kastje goedgekeurd. Sinds een week of twee zie ik pa en ma koolmees met een rups in hun snavel.
Van achter uit de tuin komen ze laag en snel aangevlogen. Eén van beide gaat op de tak voor het nestkastje zitten, kijkt snel om zich heen en wipt vliegensvlug naar binnen. Een paar seconden later, floep... komt-ie er weer uit en weg is de koolmees. Is de één vertrokken, dan staat de ander alweer voor de deur met het volgende hapje. Elke dag duwen ze met z'n tweetjes wel 2000 rupsen in die hongerige keeltjes. Niet dat ik al die rupsen geteld heb; het staat in mijn vogelboek. Hoeveel keeltjes het zijn, weet ik nog niet. Ik durf niet in het kastje kijken. Na twee/drie weken zullen ze uitvliegen. Ik blijf dat ronde gaatje de komende tijd goed in het oog houden.
Maandag 2 mei 2005 Achter in de tuin ontdekte ik een heleboel bergjes aarde
waarin blaadjes en sprietjes staken. Opeens zag ik een blaadje bewegen. Het werd langzaam de grond in getrokken. Toen ik voorzichtig met een stokje in dat bergje ging peuteren, zag ik een
worm. Die was druk bezig om dat blaadje in z'n gangetje te slepen. Hij had blijkbaar al een hele voorraad bij de ingang klaargelegd. Dat kun je hiernaast zien op de foto van professor Aap. Een worm trekt van alles onder de grond zodat het daar lekker kan rotten. Want rotte blaadjes en sprietjes vindt hij het lekkerste wat er is. Gelukkig trok hij niet professor Aap onder de grond.
In mijn boek Kleine kriebelbeestjes kun je nog veel meer over wormen lezen. Die lange slungels verzorgen m'n tuin en ruimen de bladeren op.
|
Alle foto's deze maand zijn gemaakt door
professor Aap
 | Zaterdag 30 april 2005 Vannacht hoorde ik voor het eerst deze lente weer een kikker kwaken in de tuinvijver. Eerst zachtjes en toen steeds harder. De vijver ligt vlakbij het slaapkamerraam, dus als alle kikkers er binnenkort weer zijn, is het 's nachts een herrie van jewelste. Ze gaan bijna heel de nacht door met hun gekwaak. Dat duurt tot in juni, dan zijn de eitjes gelegd en ligt de vijver vol glibberig kikkerdril. Daarna wordt het gekwaak minder. Vorig jaar zaten er zeven (groene) kikkers in de vijver. Als de zon schijnt, liggen ze meestal aan de kant te zonnen. Ik loop vaak rond de vijver. Ziet een kikker mijn schaduw aankomen, dan springt hij met een grote boog het water in. Daar komt dat mens weer, denkt-ie. Elke plons die ik hoor is een kikker. Ik tel de plonzen en zo weet ik dat het er zeven waren.
|
 |
Donderdag 21 april 2005
Op schoolbezoek geweest in Hardenberg, bij drie basisscholen, groepen 3, 4 en 5. Dat is met de trein minstens 4 uur reizen (hoera, zonder vertraging). Omdat ik vroeg moest beginnen, overnachtte ik de avond ervoor in een hotel met een gekke naam. Op de scholen heb ik over kriebelbeestjes verteld zodat iedereen de kriebels kreeg. Van alle klassen kreeg ik na afloop zomaar cadeautjes. Chocola en een mooie vlinderbeker met een groot oor en gevuld met snoepjes (die ik niet lust, maar professor Aap wel). Uit die beker heb ik inmiddels al een kop koffie gedronken. Ook kreeg ik veel zelfgemaakte verhalen. In de trein terug (ook weer 4 uur rijden) had ik tijd genoeg om alles te bekijken. Hier een leuk dierenverhaal van Nienke en een grrr-strip van Colette die in Hardenberg op school zitten.
|
mama, mag ik een huisdier?
nee!
ja!
vooruit dan, kom je tandenpoetsen en naar de auto.
en dan gaan we naar de dierenwinkel.
en we waren er. wat zal ik doen?
een muis?
nee, te eng.
kat?
nee, je bent er allergies voor.
o ja.
een paard?
nee, te kleine tuin voor een paard.
een vis?
mag.
mag ik een hond?
nee.
een vogel?
ja mag.
een konijn?
ja.
en een hok voor een vogel?
ja.
en een hok voor een konijn?
mag.
mag ik een vogel en een konijn en een vis?
oke.
en we hebben het betaald.
en we gingen naar huis en we speelden gelijk met ze allemaal.
einde.
(geschreven door Nienke) |

(strip van Colette) |
 | Dinsdag 19 april 2005 Er lag een nieuw boekje van Mini Informatie in mijn brievenbus:
Voedsel van dieren.
Ik heb dit boekje een jaar geleden geschreven. De tekst is toen al naar de uitgever gestuurd. Daarna ging er een tekenaar mee bezig en nu pas is het boekje klaar. Het geeft antwoord op een heleboel vragen.
Wat eten dolfijnen, merels en mestkevers?
Welke dier eet alleen en welke dieren eten samen?
Is een panda een planten- of een vleeseter?
Welk dier eet de wortels van een plant?
Wat zit er in het voer van huisdieren?
En er staat nog veel meer in. |
 | Vrijdag 15 april 2005 Kijk,
twee
verliefde eenden! Ze zijn een paar jaar niet langsgeweest. Maar vandaag zie ik ze opeens weer in de tuinvijver dobbe ren. Het eendenpaartje van enkele jaren geleden kwam wekenlang elke dag terug om een zwemtochtje te maken en van m'n sappige waterplanten te snaaien. Hadden ze hun buikje volgegeten, dan klommen ze de kant op en gingen liggen zonnen. Het mannetje hield zijn groene kop een beetje scheef omhoog. Zijn ene oog was dicht en met zijn andere oog hield hij de wacht. Maar is dit hetzelfde stel van toen? Ik loop voorzichtig naar buiten om de twee welkom te heten. Professor Aap maakt snel een foto. De eenden zwemmen nog een paar rondjes, snateren een keer, maar vliegen dan weg. Zouden ze terugkomen?
|
 | Zondag 10 april 2005 Gevonden in de Belgische Ardennen (in de buurt van Sainte-Cécile, bij de Semois, naast een bospad): deze dode vos.
Hij was niet heel lang dood, want hij zag er (althans aan de buitenkant) nog goed uit. Rechtopstaande oortjes, bruine vacht, roze tong, mooi zwart neusje. 'Maar waar is zijn staart?' vroeg professor Aap die er ook bij stond. Ik keek naar de vos z'n achterste en wat zag ik... zijn prachtige dikke bruine staart was eraf! Helemaal weg! Vakkundig recht afgehakt.
Kijk maar naar de foto hiernaast. Dit moet een kenner hebben geflikt.
Vroeger, tot 1994, kreeg een jager in Nederland, als hij een vossenstaart op het politiebureau inleverde, een beloning van vijftien gulden (zo'n 7 euro). Door acties van onder meer de dierenbescherming gebeurt dit nu niet meer. Hoe het in België met de vossenstaarten zit, weet ik niet. En wat er met deze Reintje de Vos is gebeurd weet ik ook niet.
Hij had zo te zien geen kogelgaatje in zijn kop en hij was niet geplet door een klem. Maar hij heeft hoe dan ook pech gehad. Ik zou wel eens willen weten waar zijn mooie staart nu uithangt.
|
 |
Donderdag 7 april
2005 Terwijl ik het kippenvoer in de voerton bijvul, hoor ik opeens angstig gepiep. Ik draai me om en zie mijn witte kip met een
veldmuisje
in zijn snavel. Hij zwaait het arme beestje aan zijn nekvel heen en weer. Ziezo... jou heb ik te pakken. Gelukkig voor het muisje loopt het goed af. Door zijn gespartel laat de kip hem vallen. Piepend en zigzaggend door het hok neemt het muisje de benen. Weg is-ie, in een gaatje in de grond. En de kip? Die gaat verder met graantjes pikken alsof er niets is gebeurd.
Alle foto's deze maand zijn gemaakt door
professor Aap,
behalve de foto van de afgehakte vossenstaart.
Die foto is van Jef Syroit (de vinger is van mij). |
 |
Woensdag 30 maart 2005
'k Heb rotte bladeren en planten uit de tuinvijver gevist. Dat moet regelmatig gebeuren anders krijg je een bruine (of groene) soepvijver. Ondertussen zie ik overal beestjes wegschieten: watertorren, schaatsenrijders, bootsmannetjes, libellenlarven, wormpjes, van alles..
Opeens springt een (bruine) kikker vanuit het water de kant op. Hoera! de eerste kikker van dit jaar. Meestal zwemmen kikkers hard weg. Maar deze kikker komt juist naar me tóe! Ik ga op de vijverrand zitten. Prachtig beestje. Moet je z'n tenen zien! Er zit een hele lange teen tussen. Daar kan hij mee achter zijn oren krabben. En kijk, het lijkt of hij tevreden een sigaretje zit te paffen. Hij heeft een takje in zijn bek. En dan die slimme kraaloogjes. Zal ik hem een kusje geven? Wie weet is het een betoverde prins! Opeens, de rauwe werkelijkheid, ik zie dat de kikker gewond is. In de oksel van zijn linker voorpoot is een stukje vel weggeschaafd. Je ziet een beetje rood vlees. Ik ben bang dat hij het deze lente niet zal redden. Arme prins.
|
 |
Donderdag 24 maart 2005
In 1998 schreef ik in Lekker vies (hoofdstuk Zweetkakkies) over het kampioenschap
Rotte Gympen
in Amerika.Tot mijn grote verrassing bestaan die kampioenschappen nog steeds. In het Limburgs Dagblad staat dat de winnaar van dit jaar de tienjarige Noah Nielsen is. Hij had de meest stinkende gympen. Maar stinkend rijk werd hij er niet van. Je kunt in het krantenartikeltje lezen hoe hij winnaar werd. Misschien een idee om op school ook eens zo'n wedstrijd te organiseren.Dat zou de eerste wedstrijd Rotte Gympen van Nederland zijn. Je moet natuurlijk wel mensen weten die in de jury willen zitten. Het moeten mensen zijn die van Franse kaas houden en een goeie neus hebben. Ik heb een goeie neus en hou van Franse kaas, maar ik hoef niet in de jury te zitten.
Veel succes!
|
 |
Zaterdag 19 maart 2005
In de werkkamer van een familielid zag ik boven op de boekenkast een ouwe, stoffige paardenschedel
staan. Met zijn holle oogkassen staarde hij me grijnzend aan. Die kop (maar een paard heeft een hoofd) wilde ik natuurlijk van dichtbij bekijken. Voorzichtig tilde ik hem van de plank. Wat een zwaar ding! Ik wist niet dat een paard zo'n zware schedel in zijn hoofd heeft. Het is een prachtige, grote
kop met enorme snijtanden en afgesleten, ribbelige maalkiezen. Honderdvijftig jaar oud; dat hadden ze gezegd toen hij jaren geleden gekocht werd. Een antieke paardenkop dus. Je mag hem best meenemen hoor, zei het familielid. Ben je gek, riep ik, je bent toch zeker gehecht aan dat mooie paardenhoofd? (Ik wilde niet al te hebberig over komen.) Maar toen hij even later weer zei dat ik hem hebben mocht, was ik snel omgepraat. En zo verhuisde de paardenschedel naar de achterbak van mijn auto. In mijn werkkamer in Landgraaf staat hij bovenop de boekenkast. Het is net of hij iedereen vrolijk toehinnikt.
|
 |
Dinsdag 8 maart 2005
Nou, je ziet het zeker wel... een dooie kip. Míjn dooie kip. Vandaag lag ze dood in het leghok terwijl ze gisteren nog vrolijk rondstapte.
Misschien is ze gewond geraakt, dacht ik nog (er lopen hier marters rond en soms cirkelt er een roofvogel in de lucht), dus ik heb haar van kam tot teen nagekeken. Maar er was geen schrammetje te zien. Ik weet niet precies hoe oud ze is geworden. Misschien is ze van ouderdom doodgegaan. Ze was de brutaalste van mijn drie kippen. Kwam ik met een zak eten aan, dan sprong ze omhoog om hem uit m'n hand te trekken of ze pikte in mijn kuiten. Schiet eens een beetje op met voeren, betekende dat. Ik hou wel van brutale kippen. Ze was ook de mooiste van de drie. En de dikste! Ik heb haar nog even op de weegschaal gelegd: 2,6 kilo woog ze. Een echte soepkip dus, maar niet voor de soep!
|
 |
Donderdag 3 maart
Gisteren keek ik naar buiten en zag een vogel in de tuin die ik nooit eerder had gezien. Meteen mijn verrekijker gepakt. Het bleek een
kramsvogel te zijn, een soort lijster, dus met gespikkelde borst maar met een grijze kop en kont. Hij (of zij?) zat uitgehongerd in de Gelderse roos van de rode bessen te snaaien. Die bessen zijn erg zuur. |
Er zijn niet veel vogels die daar echt gek op zijn. Maar kramsvogels wel. Ze komen uit het hoge noorden (Scandinavië en Rusland) om hier te overwinteren. Wij zitten te bibberen van de kou maar voor hun is Nederland de Costa Brava.
Vandaag was die kramsvogel er weer. Dit keer had hij zijn familie meegenomen. Ik telde meer dan 40 kramsvogels! Na een paar uur was er geen besje meer over. Alles op,
en weg waren ze. Nog één keer kwamen ze terug en zaten sip te kijken (met volle buik) naar al die kaalgevroten takken. Ik zal denk ik geen kramsvogels meer zien deze winter.
Alle foto's deze maand zijn gemaakt door professor Aap, behalve de kip (die heb ik persoonlijk vereeuwigd)
 |
Dinsdag 22 februari
De optredens in
Beesel en Reuver
zitten er weer op. Ik ben op drie basisscholen geweest en heb zes groepen 7/8 bezocht. Het waren leuke dagen. Kinderen en leerkrachten waren goed gehumeurd en ik ook. Toen ik over Lekker bekkie! vertelde, vroeg ik aan de kinderen of ze bij hun tandarts in de tandartsstoel tv konden kijken, als afleiding. Bij mijn tandarts kan dat namelijk. Maar volgens de kinderen wordt dat in Beesel en Reuver niet gedaan. "Toch heb ik wel afleiding hoor," zei een meisje toen, "want ik ga altijd naar de tandarts z'n neus kijken." "Oh, heeft hij een bijzondere neus?" vroeg ik. "Ja, zeker!" zei ze heel serieus, "want er groeien bij hem allemaal haartjes uit!"
|
 |
Zondag 20 februari
Morgen en overmorgen ga ik naar basisscholen in Beesel en Reuver (onder Venlo), en treed op in groepen 7 en 8. Vanmorgen hing ik alvast mijn kleren klaar zodat ik dat morgenvroeg niet hoef uit te zoeken, en vond in mijn zak een stuk of tien briefjes met op elk briefje een vraag. Die briefjes waren nog van een vorig optreden. Ik weet niet meer op welke school het was, maar herinner me dat de kinderen een soort grabbelton hadden gemaakt. De leerkracht vroeg of ik af en toe tijdens het optreden wilde grabbelen en dan de vraag wilde beantwoorden. Leuk idee was dat. |

 |
Zaterdag 19 februari
Etentje bij mijn Italiaans/Nederlandse vriendin Renata. Ze is een echte kattengek. Heel haar huis staat vol met katten en katjes van steen, hout, plastic, papier-maché, noem maar op. Ook lopen er drie grote dikke katers rond: een Europese korthaar (zwart), een karthuizer (blauwgrijs) en een Russische blauwe (ook blauwgrijs). Renata bedenkt allerlei reclame voor bedrijven. Ze zit altijd vol ideeën. 'Misschien verhuis ik later naar Italië,' zei ze, 'en begin ik een pension voor zwerfkatten. Dat is weer eens iets anders.'
|
 |
Zondag 13 februari Ik ben op bezoek geweest bij Hanneke Kools in Brunssum. Hanneke is een jonge illustrator die een paar jaar geleden is afgestudeerd. Ze wil graag kinderboeken illustreren en probeert opdrachten te krijgen. Dat lukt al aardig en zondag liet ze me wat van haar werk zien. Ze heeft inmiddels ook een boekje geïllustreerd dat door mij is geschreven:
Huizen van dieren (nr. 194), uit de serie Mini Informatie. Ik dacht dat ze die vleermuizen in de kast zomaar verzonnen had. Maar het was echt gebeurd, zei Hanneke. Haar oma had eens verteld dat er vleermuizen bij haar thuis in een zolderkast de winter doorbrachten. Leuk hè!
|
 |
Woensdag 9 februari
Vandaag hingen er vijf staartmezen aan de vetb0l bij het huis. Vanuit de keuken kon ik ze goed bekijken. Het zijn grappige vogeltjes, heel snel en levendig. Hun lijfje kleiner dan dat van de kool- en pimpelmees, maar met een veel langere staart. Kleur zwart met wit (zwarte wenkbrouwen in een wit koppie) en wat rossig op borst en rug. Ze blijven steeds in een groepje bij elkaar in de buurt. Wie weet gaan ze in mijn vogelhuisje een nest maken, dacht ik. Maar nee dat doen ze niet, zo lees ik in mijn vogelboek. Ze bouwen een bolvorming nestje van korstmos, mos, haar, boomschors en spinrag, met veertjes van binnen. Het nest is een beetje elastisch en dat is nodig als de jonkies gaan groeien en lange staarten krijgen. In mijn vogelhuisje zouden ze dus flink klem komen zitten. |
 |
Maandag 7 februari
School Schrijvers Samenleving (zie webpagina: ditte op bezoek) maakt elk jaar voor scholen, bibliotheken en boekhandels een brochure voor de kinderboekenweek. Daarin vertellen auteurs waar ze het in de kinderboekenweek over gaan hebben. De kinderboekenweek is dit jaar van
5 -15 oktober en heeft als thema: De toveracademie - boeken vol magie.
Vandaag heb ik de tekst voor de brochure ingeleverd. Het is altijd even nadenken om met je boeken aan te kunnen sluiten bij het thema, zeker als je zoals ik informatieve boeken schrijft. Voor de jongere kinderen ga ik in de kinderboekenweek voorlezen en vertellen over tovenarij bij kriebelbeestjes. Eerst heb je een eitje, daar komt een larf uit, die larf wordt een pop en daar kruipt op een dag een lieveheersbeestje uit... dat lijkt tovenarij, of niet soms! Met oudere kinderen ga ik het hebben over magische krachten van dieren en over magische middeltjes van vroeger tegen kiespijn. Bij mijn optredens neem ik altijd dingen mee om te laten zien dus het zal weer leuk worden.
|
|